PostNL schakelt AWS in voor migratie van applicaties naar public cloud

PostNL heeft Amazon Web Services ingeschakeld voor de migratie en het draaien van een deel van haar applicatielandschap in de publieke cloud. AWS is verantwoordelijk voor een significant onderdeel van de bedrijfskritieke logistieke applicaties van de postbezorgingsdienst. Daardoor beschikt PostNL over een betrouwbare, flexibele IT-infrastructuur die mee schaalt met haar behoeften. Door de migratie naar de cloud zijn IT-kosten sterk teruggedrongen, maar is ook de time-to-market flink ingekort. PostNL kan daardoor focussen op het verder verbeteren van haar dienstverlening.

Zo’n radicale omslag is niet zonder uitdagingen, maar PostNL wist deze te overwinnen dankzij het vertrouwen van de raad van bestuur, interne opleidingen, slimme partnerschappen en de flexibiliteit om de snelle veranderingen die de cloud veroorzaakt aan te kunnen.

Hoewel de laatste applicaties het nagenoeg lege datacenter op het moment van schrijven nog moeten verlaten, is PostNL al druk bezig met het consolideren van het complexe cloudlandschap. Daarbij beschouwt het bedrijf AWS als een belangrijke partij, die meer bedrijfskritieke workloads kan draaien en aanvullende ondersteuning kan leveren. Daarnaast onderzoekt PostNL hoe AWS met zijn evoluerende portfolio en roadmap een rol kan spelen in het nog robuuster maken van haar cloudarchitectuur, en nog meer waarde kan toevoegen.

Over PostNL

De wortels van PostNL gaan 200 jaar terug. In 1998 splitste het bedrijf zich als TNT Post Group N.V. af van de PTT, het staatsbedrijf voor Posterijen, Telegrafie en Telefonie. Ook toen was de impact van het internet op fysieke post al duidelijk. PostNL kocht daarom de Australische TNT, voor diversifiëring en internationale groei. De internationale plannen zijn inmiddels wel wat bijgesteld, maar PostNL beschikt alsnog over tien postnetwerken in dertien landen en telt bijna 50.000 werknemers.

Het groeiende internetgebruik heeft grote gevolgen voor PostNL. De hoeveelheid fysieke post zal blijven afnemen, maar het aantal pakketten groeit juist heel snel. Daardoor kampt PostNL met zowel een krimpende als een groeiende business. Dat zorgt voor specifieke uitdagingen op de IT-afdeling, en heeft voor een radicale omslag gezorgd.

Belangrijkste uitdagingen

Door de bijzondere combinatie van krimp en groei en snelle transformatie van het bedrijf was er een voedingsbodem ontstaan voor die radicale omslag. De kosten voor IT waren hoog, en de IT-afdeling kon de veranderingen niet bijbenen. PostNL besteedde applicatieontwikkeling al in 2000 uit, aangezien het destijds lastig bleek om die expertise in huis te halen. In 2010 besloot PostNL echter de outsourcing-strategie te herzien, om IT effectiever en flexibeler te maken.

De belangrijkste doelen: de kosten met 20 tot 25 procent terugdringen, IT flexibeler maken en de infrastructuur schaalbaar krijgen. Geslaagde experimenten met AWS gaven PostNL de moed om naar het potentieel van clouddiensten te kijken. Na een zorgvuldig marktonderzoek besloot het bedrijf volledig naar de publieke cloud te migreren. Ondanks dat de hybride benadering gangbaarder is, koos het bedrijf toch voor een volledige overgang. Volgens PostNL levert een hybride model veel vaste kostenposten op die niet zo gemakkelijk kunnen worden teruggebracht. De nieuwe strategie werd eind 2013 uitgerold. Dat maakte PostNL tot een cloudpionier; geen enkele andere Nederlandse organisatie heeft het sindsdien aangedurfd.

Beginnen met AWS

Begin 2011 startte de samenwerking tussen PostNL en AWS. Op dat moment was er een aantal onafhankelijke IT-eilanden binnen het bedrijf. Eén daarvan begon met het verplaatsen van applicaties naar de AWS-cloud. In eerste instantie zorgde dat voor een hoop verzet binnen de organisatie, maar tegelijkertijd motiveerde het ook de nieuwe CIO Marcel Krom, die gelooft dat innovatie niet aan de top, maar juist aan de onderkant van het bedrijf moet beginnen.

Omdat PostNL op zoek was naar een nieuwe outsourcing-strategie, en besloten had naar de cloud te migreren, ging het ook op strategisch niveau het gesprek met AWS aan. PostNL had AWS al vanaf het begin op het oog als belangrijkste leverancier van de benodigde architectuur. De voornaamste argumenten om voor AWS te kiezen waren de ervaring, expertise, visie en (toentertijd) eventuele toekomstige positie als marktleider. PostNL had een voorkeur voor providers die “cloud-native” zijn, aangezien de meeste partijen op dat moment de cloud nog niet écht begrepen. In plaats van samen met de provider wijzer te worden, besloot PostNL te profiteren van bestaande kennis en deze in-house te verbeteren.

Dat was een grote uitdaging, die achttien maande vergde. Onderdeel daarvan was het inrichten van een cloudintegratie en competentiecentrum (ICC). Ongeveer tien werknemers zijn lid van deze groep. Het ICC draagt zorg voor de verbindingen tussen de verschillende clouds, en bouwt diensten die worden beheerd door de bedrijfsprocescoördinator. Als bijvoorbeeld een nieuwe cloud wordt toegevoegd, zorgen zij voor de verbinding (VPN, replicatie, weerbaarheid, enzovoort), compliance, beheer en identiteits- en toegangsbeheer. Deze diensten blijven een interne verantwoordelijkheid, en bedrijven moeten deze ook zelf blijven beheren.

Werken met AWS

Voor Infrastructure as a Service (IaaS) en Platform as a Service (PaaS) heeft PostNL twee contracten afgesloten, met AWS en Microsoft (voor de .NET stack en voor IaaS-diensten). Andere leveranciers worden waar nodig ingehuurd voor technisch applicatiebeheer (bovenop de infrastructurele diensten). Daarnaast gebruikt PostNL een aantal meer specifieke cloudoplossingen, vaak op maat gemaakt, en Software as a Service (SaaS) oplossingen.

PostNL gebruikt AWS voor de businesskritieke op maat gemaakte applicaties waar de primaire processen bij PostNL op draaien. Daaronder zijn onder meer:

• Zogenoemde field services als AWS Elastic Beanstalk, Amazon RDS (MySQL) en AWS Elastic Load Balancing die gehost worden vanuit AWS-regio Ierland;
• PostNL Virtual Private Cloud (VPC) die applicaties in staat stelt om altijd en direct verbinding te maken met het PostNL-netwerk;
• Preregistratie van pakketjes waarbij meerdere applicaties voor het preregistreren van pakketjes draaien op de VPC;
• Web coding-platform voor de data entry-activiteiten van bijvoorbeeld Manilla;
• De uitvoering van het opslagbeheersysteem van PostNL wordt gehost door AWS, op twee Amazon EC2-instances;
• Intern transportmanagement waarbij het transportmanagementsysteem zich bevindt in de VPC-omgeving van PostNL, en gebruik maakt van Amazon EC2 instances binnen deze omgeving;
• Commerciële kanalen zoals het consumentenplatform van PostNL (de app), PostWeb, retailondersteuning enzovoort maken gebruik van Amazon’s IaaS-diensten, zoals Amazon EC2.

De voordelen

PostNL ziet dat de migratie naar de cloud voor grote kostenbesparingen op de IT-infrastructuur zorgt. Maar belangrijker nog: het zorgt ervoor dat de IT-infrastructuur veel beter aan de behoeften van het bedrijf voldoet. PostNL ervaart de volgende voordelen:

• Door de flexibiliteit van het kostenmodel, het eenvoudige ontwerp en de uitrol van nieuwe infrastructuur is de time-to-market significant korter.
• De on-demand schaalbaarheid zorgt ervoor dat de beschikbare infrastructuur altijd in lijn is met de vraag. Dat is erg belangrijk voor een bedrijf dat met zowel krimpende als groeiende onderdelen te maken heeft.
• Nu AWS een groot deel van de technische zorgen voor zijn rekening neemt, is PostNL in staat te focussen op het toevoegen van waarde.

Op weg naar cloud 2.0

PostNL heeft de grote migratie naar de publieke cloud er bijna op zetten. Van de 500 applicaties draaien er nog maar 15 lokaal. Binnen zes tot twaalf maanden moet het eigen datacenter leeg zijn. Ondanks de uitdagingen die erbij kwamen kijken, kan Marcel Krom vaststellen dat minstens 90 procent van alle projecten binnen de benodigde tijd werden afgerond. Wanneer deze laatste applicaties naar de cloud zijn verplaatst, kan PostNL focussen op het consolideren van het cloudlandschap dat de afgelopen drie jaar is ontstaan. De verwachting is dat dit nog eens twee tot drie jaar zal duren.

Hoewel veranderingen in softwareapplicaties meerdere doelen kunnen hebben, moet het doel van een verandering in de IT-infrastructuur simpel zijn: het moet werken. De infrastructuur stabieler maken vraagt om een continue focus op standaardisatie en simplificatie. Toen PostNL bezig was de applicaties van het datacenter naar de cloud te migreren, werd de complexiteit van het applicatielandschap goed duidelijk. Daarom is de volgende stap voor PostNL consolidatie. Het cloudlandschap wordt verder gestandaardiseerd, en het aantal aanbieders wordt teruggebracht: er is nog een groot aantal platforms in gebruik dat ook bij AWS kan worden afgenomen. Daarnaast is PostNL bezig om applicaties samen te voegen op cloudplatformen. Dat dringt kosten terug, vermindert laadtijden en zorgt voor standaardisatie. Bijvoorbeeld de commerciële applicaties wil PostNL applicaties in Salesforce onderbrengen. De logistieke oplossingen zullen vermoedelijk op AWS worden samengevoegd, maar omdat logistiek de core business van het bedrijf is gaat het bedrijf bij het nemen van een besluit niet over één nacht ijs.

De veranderende rol van AWS

PostNL beschouwt AWS als één van de belangrijkste platforms voor verdere consolidatie. Dat betekent dat meer workloads naar AWS zullen worden verplaatst, en dat PostNL bedenkt welke verdere clouddiensten van AWS er zullen worden uitgerold. Op dit moment onderzoeken beide partijen welke diensten nuttig kunnen zijn, en welke voordelen deze met zich meebrengen.

Eén van die diensten is serverless computing (AWS Lambda). Dat kan aantrekkelijk zijn voor PostNL, aangezien het de werkzaamheden van haar ontwikkelaars stukken makkelijker maakt: alle infrastructurele beslissingen over capaciteit, schalen, patching en administratie worden geautomatiseerd. PostNL moet eerst bepalen welke applicaties volgens het AWS-model schaalbaar zijn, en hoeveel moeite het kost om deze applicaties te veranderen. Als deze te groot is, is serverless misschien geen goede optie. Met name voor nieuwere applicaties kan serverless computing erg voordelig zijn.

De meeste technische ondersteuning levert PostNL tot dusverre samen met partners. Aangezien het AWS-platform steeds belangrijker wordt, bekijkt het bedrijf of het mogelijk is de technische ondersteuning door AWS naar een hoger niveau te brengen; AWS zou dan de specialistische ondersteuning bieden, zodat de juiste infrastructurele beslissingen kunnen worden genomen.

De belangrijkste lessen

Wanneer een platform op zijn einde loopt, zal er een sprong moeten worden gemaakt. De IT-infrastructuur bolledig naar de cloud verplaatsen is voor een bedrijf als AWS een grote stap: het is geen kleine, wendbare startup, maar een bedrijf dat al meer dan 200 jaar bestaat en opereert in een streng gereguleerde sector. Voor PostNL was de reis succesvol, maar ook uitdagend en niet zonder risico’s. Onderweg werden de volgende lessen geleerd:

• Een migratie naar de cloud is niet anders dan andere verhuizingen: niet alles zal gaan zoals gepland. Wanneer er, zoals PostNL heeft gedaan, 500 applicaties worden verhuisd, leidt dat onherroepelijk tot verzet. Om dat verzet aan te kunnen, is ondersteuning van de raad van bestuur onmisbaar. Daarnaast moet er altijd een weg terug zijn, voor het geval een applicatie instabiel blijkt te zijn.
• Het verplaatsen van workloads naar de cloud is ook niet zonder financiële hobbels. Hoewel dat voor alle IT-projecten geldt, is dat met name bij cloudtechnologie het geval: deze verandert snel, functionaliteit wordt snel toegevoegd, en als je deze goed wil gebruiken moet je deze eerst zien te beheersen. Aan beide kanten moet er genoeg bewegingsruimte zijn om een nieuw contract op te stellen dat beter past.
• Je moet over een zekere kennis van IT beschikken om met IaaS te kunnen werken. De cloud is geen magische oplossing. Je moet IT begrijpen, willen investeren in extra kennis over IT en in integratiediensten. Deze diensten vormen een voortdurende interne verantwoordelijkheid, en je moet ze zelf blijven beheren.
• Cloudplatforms zoals dat van AWS veranderen snel. Een sterke relatie met de leverancier is belangrijk als je wil dat deze goed over jouw behoeften nadenkt. Voorkom daarom uitzonderingen op de standaarden van de leverancier; je kunt dan namelijk niet je voordeel doen met verbeteringen aan het platform. Je moet durven vertrouwen op de technische keuzes van de cloudleverancier. Kun je dat niet, dan is het beter om een andere partij te zoeken.
• De meeste applicatiepartners moeten wennen aan het werken in de cloud. Vaak zullen ze hun eigen businessmodel nog moeten aanpassen van applicatieonderhoud (op projectbasis) naar applicatiebeheer, en daarbij ook verantwoordelijkheid voor ontwerp, testen, implementatie op zich nemen. PostNL stelde vast dat de meeste partijen nog een hoop moesten leren, aangezien zowel de cloud als het zogenoemde managed services-model nieuw voor hen is. De meeste partners beginnen zich aan te passen en meer skills te ontdekken, maar dat vergt echt bereidheid om deze nieuwe wereld te gaan ontdekken.

Conclusie

PostNL koos voor een niet eerder vertoonde totale migratie naar de publieke cloud. Bovendien heeft geen enkele andere Nederlandse organisatie het bedrijf nog durven volgen. Zonder veel hard werk, ondersteuning van de raad van bestuur en bereidheid bij IT-partners tot het veranderen van hun werkwijze had PostNL het doel niet kunnen halen. De IT-kosten en time-to-market zijn sterk teruggebracht, en de IT-infrastructuur is schaalbaar – perfect voor een bedrijf dat tegelijk groeit én krimpt.

AWS heeft zich als belangrijk partner bewezen: het bedrijf bood clouddiensten voor de meest belangrijke logistieke workloads. Voor PostNL betekent de samenwerking met AWS toegang tot een dienstverlener die robuuste en betrouwbare clouddiensten levert, op het gebied van innovatie altijd voorop loopt, en bereid is die stap extra te zetten voor haar klanten. PostNL en AWS onderzoeken hoe voortdurende innovatie hun gezamenlijke reis naar de cloud kan dienen.