Minister Ollongren moet zich opnieuw buigen over besluit tapstatistieken geheim te houden

Minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koningsrelaties moet zich opnieuw buigen over het geheimhouden van tapstatistieken over de jaren 2002 tot en met 2013. De noodzaak deze gegevens geheim te houden is onvoldoende onderbouwd door haar voorganger, de toenmalige ministerie van Binnenlandse Zaken Ronald Plasterk.

Dit oordeelt de Raad van State in een langlopende rechtszaak die privacyoragnisaties Bits of Freedom (BoF) in 2014 heeft aangespannen tegen de toenmalige minister Plasterk, die toen verantwoordelijk was voor de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD). De zaak draait op tapstatistieken die BoF heeft opgevraagd over de periode 1971 tot en met 2013. De organisatie kreeg uiteindelijk alleen statistieken over de periodes 1984 tot en met 1986 en 1991 tot en met 2001 beschikbaar gesteld. Over andere periodes voor 1991 waren volgens Plasterk geen gegevens beschikbaar, terwijl de statistieken met betrekking tot de jaren 2002 tot en met 2013 geheim zouden zijn.

Gevaar voor de nationale veiligheid

Minister Plasterk stelde in maart 2014 dat het openbaar maken van deze gegevens geen goed idee was, aangezien kwaadwillenden hieruit zouden kunnen afleiden hoe groot de capaciteit van de AIVD is. Daarnaast zou uit de statistieken kunnen worden opgemaakt naar aanleiding van welke gebeurtenissen de AIVD heeft besloten meer of juist minder taps in te zetten. Dit zou de nationale veiligheid in gevaar kunnen brengen.

BoF stapte hierop naar de rechter en wijst er ondermeer op dat landen als Duitsland en België tapstatistieken wel openbaar maakte. De organisatie wil daarom weten waarom dit in deze landen de nationale veiligheid niet in gevaar brengt, terwijl dat in Nederland wel het geval zou zijn. Daarnaast heeft de CTIVD, die toezicht houdt op veiligheidsdiensten, heeft aangegeven dat het openbaar maken van de tapstatistieken geen groot risico oplevert voor de nationale veiligheid.

Oordeel van Raad van State

De Raad van State oordeelt nu dat de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken Plasterk onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de cijfers geheim moeten blijven. Minister Ollongren moet daarom opnieuw een beslissing nemen en hierbij de uitspraak van de Raad van State in acht nemen.