NorthC Datacenters: Duurzame datacenters? Het kan!

De afgelopen maanden is er veel te doen geweest over het energieverbruik van datacenters en over ‘megadatacenters’ die het overgrote deel van de stroom van grote windmolenparken zouden gebruiken. Door deze berichten zou je misschien vergeten dat de datacenterindustrie in Nederland voorop loopt op het gebied van duurzaamheidsinnovatie. Er wordt voortdurend gezocht naar nieuwe oplossingen en technieken om het energieverbruik te optimaliseren. Enerzijds worden klanten gestimuleerd om nieuwere, energiezuinigere apparatuur te gebruiken, waarmee de klant direct bespaart op de energiekosten. Anderzijds wordt in datacenters hard gewerkt om de koeling zo effectief en efficiënt mogelijk te maken, zodat daarvoor zo min mogelijk energie nodig is. Bijvoorbeeld door te koelen met behulp van de buitenlucht of door de ‘koude gangen’ in het datacenter met de apparatuur van klanten zo in te richten dat de koelende lucht optimaal circuleert.

Daarnaast zijn er nog andere mogelijkheden om datacenters duurzamer te maken, zeker regionale datacenters. Bijvoorbeeld door de opgewekte warmte uit te wisselen met gebouwen in de buurt van het datacenter. Een dergelijke warmte-uitwisseling heeft een dubbel effect: het datacenter raakt zijn overtollige warmte kwijt (minder energie nodig om te koelen), terwijl de ontvangende gebouwen warmte ontvangen (minder energie nodig om te verwarmen). Daar komt bij dat er ook een circulair systeem kan worden opgezet. Het datacenter krijgt ‘koelte’ terug van de aangesloten gebouwen of faciliteiten, waardoor opnieuw bespaard kan worden op de benodigde koelingsenergie.

Dat dit soort warmte-uitwisselingsprojecten succesvol zijn, hebben wij zelf bewezen met de Energyhub Aalsmeer en met ons datacenter op de High Tech Campus in Eindhoven, dat andere gebouwen op de campus van warmte voorziet. Maar het zijn geen eenvoudige trajecten. Er zijn heel veel aspecten waar van tevoren goed over moet worden nagedacht. Hoe wordt de warmte getransporteerd? Wie is verantwoordelijk voor het aanleggen en onderhouden van de infrastructuur? Hoe worden de kosten verdeeld en verrekend? Dit zijn slechts enkele van de vragen die beantwoord moeten worden. Wat wij van deze projecten hebben geleerd, is dat dit alleen kans van slagen heeft als vanaf het begin goed wordt samengewerkt met alle betrokken partijen, van lokale gemeenten tot de aangesloten eindgebruikers. Nog beter is natuurlijk als al in een vroeg stadium – bijvoorbeeld al bij de planning van een nieuw datacenter of van een nieuw woon- of werkgebied – wordt gekeken hoe de restwarmte optimaal benut kan worden.

Het draait dus allemaal om goede samenwerking met alle betrokken partners, van beleidsmakers tot de uitvoerders en afnemers. Daarom is een goed partner-ecosysteem, met partners uit zo veel mogelijk industriesectoren, een belangrijke voorwaarde om innovatieve duurzaamheidsprojecten te plannen en uit te voeren. Door gebruik te maken van de juiste expertise en het uitwisselen van kennis binnen de industrie, kunnen we er samen voor zorgen dat datacenters niet alleen nog energiezuiniger gaan opereren, maar dat ze ook een rol kunnen spelen bij de energietransitie. Zo kunnen we de perceptie van het datacenter als energiegrootverbruiker veranderen naar dat van partner in duurzaamheid