Helft van de Nederlanders schaamt zich na online oplichting
Slachtoffers van phishing en bankhelpdeskfraude zijn terughoudender om hun verhaal te delen dan slachtoffers van traditionele vormen van criminaliteit. Meer dan de helft van de Nederlanders zou zich schamen indien zij slachtoffer worden van online fraude.
Dit blijkt uit onderzoek van Ipsos in opdracht van ABN AMRO. Bij traditionele vormen van criminaliteit, zoals zakkenrollen of woninginbraak, geeft gemiddeld slechts een kwart aan zich dom te voelen of te schamen. Ook zijn slachtoffers van online oplichting terughoudender in het delen van hun verhaal dan slachtoffers van traditionele criminaliteit. Vier op de tien Nederlanders stellen dat als zij slachtoffer worden van traditionele criminaliteit ze meer mensen over hun ervaring zouden vertellen dan wanneer ze de dupe worden van online fraude. ABN AMRO wil online oplichting uit de taboesfeer halen, door slachtoffers hun verhalen te laten delen en zo mensen te helpen online fraude beter te herkennen.
Digitale criminaliteit komt steeds vaker voor, zo blijkt uit cijfers van het CBS. Het afgelopen jaar werden 2,5 miljoen Nederlanders slachtoffer van online criminaliteit en fraude. In 2021 lag de schade als gevolg van alleen al bankhelpdeskfraude volgens de Nederlandse Vereniging van Banken op 47,6 miljoen euro. Criminelen bedenken bovendien regelmatig nieuwe manieren om slachtoffers te slim af te zijn. Het is belangrijk dat mensen open zijn over wat hen is overkomen, zodat anderen fraude(pogingen) daardoor beter leren herkennen.
Taboesfeer
Uit het onderzoek komt naar voren dat 40 procent van de Nederlanders vindt dat er een taboe rust op het vertellen dat je slachtoffer bent van online oplichting. Hoewel iets meer dan driekwart (79%) van mening is dat je het niet voor jezelf moet houden wanneer je slachtoffer bent, blijkt toch dat mensen hier minder open over zijn in vergelijking met niet-digitale criminaliteit. 41 procent van de respondenten zou het met minder mensen delen wanneer zij slachtoffer zijn van online oplichting, dan wanneer zij slachtoffer zijn van zakkenrollen of woninginbraak. Gemiddeld 16 procent zou het zelfs niet delen als zij online worden opgelicht.
De belangrijkste conclusies uit het onderzoek:
- Gemiddeld de helft van de Nederlanders (52%) zou zich schamen als ze slachtoffer worden van online oplichting, ten opzichte van gemiddeld een kwart (25%) die dit verwacht te ervaren bij traditionele vormen van criminaliteit.
- Gemiddeld 58 procent zou zich dom voelen bij online oplichting, in vergelijking met 29 procent bij traditionele vormen van criminaliteit.
- Bij online fraudevormen zijn mensen vaker (gemiddeld 49%) bang dat anderen denken dat het hun eigen schuld is dan bij niet-digitale fraude (gemiddeld 23%).
- Vier op de tien Nederlanders (39%) vertellen het maximaal aan één persoon als ze online zijn opgelicht. Gemiddeld 16 procent zou helemaal niemand vertellen over zijn of haar ervaring met online fraude.
Negatieve gevoelens
Gevoelens van schaamte gaan vaker gepaard met online oplichting dan met traditionele vormen van criminaliteit. Opvallend is dat deze gevoelens bij jongeren een grotere rol spelen dan bij 50+’ers. Onder de respondenten van 18 tot en met 34 jaar zou bijna tweederde (gemiddeld 62%) zich schamen wanneer ze het slachtoffer worden van online oplichting, ten opzichte van gemiddeld de helft van de vijftigplussers.
Met de campagne ‘Fraudeverhalen’ geeft ABN AMRO slachtoffers van fraude een gezicht en laat de bank zien dat iedereen slachtoffer kan worden van online oplichting, ongeacht je leeftijd. De bank vroeg slachtoffers van verschillende fraudevormen hun waargebeurde verhaal te vertellen. Zo hoopt ABN AMRO anderen te stimuleren hun verhaal ook te delen. Om online oplichting te voorkomen, is het belangrijk dat mensen de geraffineerde werkwijze van oplichters leren herkennen zodat in de toekomst minder mensen slachtoffer worden van fraude.