FD moet berichtgeving over Payvision rectificeren
Het FD heeft een drietal publicaties moeten rectificeren. Het dagblad beweerde in de publicaties dat Rudolf Booker verdachte is van oplichting en het Openbaar Ministerie onderzoek zou doen of hij bij de verkoop van zijn bedrijf Payvision aan ING zich schuldig heeft gemaakt aan prijsopdrijving.
De rectificatie van het FD op last van de voorzieningenrechter luidt: "In een drietal publicaties, verschenen op 1 en, 2 november 2022, heeft het FD beweerd dat Rudolf Booker verdachte is van oplichting. Het Openbaar Ministerie zou onderzoek doen of hij zich ten tijde van de verkoop van het bedrijf Payvision aan ING schuldig heeft gemaakt aan prijsopdrijving. In een vierde publicatie, van 9 november, heeft het FD aangegeven dat het Openbaar Ministerie maandenlang onderzoek heeft gedaan. Deze beweringen vonden geen steun in de feiten. De voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam heeft op 29 november 2022 geoordeeld dat deze publicaties onrechtmatig waren tegenover Rudolf Booker."
'Niet gebaseerd op feiten'
De rechtbank oordeelt dat de beschuldigingen die vermeld werden in de krant en in de podcast niet gebaseerd waren op feiten. De berichtgeving is volgens de rechter ten onrechte gebaseerd op 'anonieme bronnen rond het onderzoek'. Deze anonieme informatie was echter niet betrouwbaar of geloofwaardig.
Payvision richt zich op technologie voor de verwerking van creditcard- en debectcardbetalingen. ING maakte op 28 oktober 2021 bekend dat zijn dochterondernemingen zijn dienstverlening als payment service provider staakt.
'Zeer ontdaan'
Booker liet in een reactie op vragen van het FD al weten niet op de hoogte te zijn van een onderzoek naar prijsopdrijving. Ook meldde hij 'zeer ontdaan' te zijn door de 'onheuse aantijgingen en insinuerende en niet met feiten onderbouwde beschuldigingen'.
De rechterlijke uitspraak is hier beschikbaar.