Trends in de maakindustrie: van Industrial AI tot circulaire productie
Met het nieuwe jaar voor de deur blijft de maakindustrie onder druk staan door aanhoudende krimp, arbeidstekort als gevolg van vergrijzing, instabiele markten en hoge grondstofprijzen. Tegelijkertijd wordt verwacht dat bedrijven investeren in nieuwe technologieën en duurzamere praktijken om de doelstellingen van 2030 te halen.
Uit recent onderzoek van IFS blijkt dat technologische vooruitgang een van de grootste uitdagingen is voor de maakindustrie. Toch denkt 89 procent van de Nederlandse fabrikanten dat ze, zonder technologische investeringen binnen drie jaar, niet zullen overleven. Het bewustzijn is er, het is nu tijd om actie te ondernemen en de bestaanszekerheid te waarborgen. Maggie Slowik en Andrew Burton, Global Industry Directors bij IFS, bespreken vier trends die in 2025 bepalend gaan zijn voor de sector. Van AI-integratie tot circulaire productie: de toekomst biedt zowel uitdagingen als kansen.
De rol van Industrial AI
Hoewel AI al lange tijd beschikbaar is, blijft de adoptie ervan in de maakindustrie achter. Veel bedrijven worstelen met uitdagingen zoals datakwaliteit, onduidelijke voordelen en regelgeving. Bedrijven die deze obstakels overwinnen ervaren echter aanzienlijke waarde van AI. AI helpt bij het optimaliseren van productieprocessen, verbeteren van energiemanagement en efficiënter plannen van onderhoud. Dit leidt tot minder stilstand, lagere kosten en hogere operationele efficiëntie.
Maakbedrijven die AI omarmen kunnen sneller inspelen op marktveranderingen en producten in kortere tijd te ontwikkelen. Een fabrikant kan bijvoorbeeld de tijd tot marktintroductie halveren dankzij AI-gedreven ontwerpen en simulaties. In 2025 is AI meer dan een hulpmiddel: het wordt een integraal onderdeel van de bedrijfsstrategie. Tegen 2030 zal AI zelfs volledig geïntegreerd zijn in systemen zoals ERP-platforms en IoT-apparaten. De industrie moet erkennen dat innovatie altijd risico’s met zich meebrengt. Risico’s nemen is niet vanzelfsprekend in de sector, maar afwachten is geen optie meer.
Hoe GenAI de werkvloer verandert
De opkomst van generatieve AI, ofwel GenAI, heeft ook een aanzienlijke impact op de arbeidsmarkt. Waar Industrial AI de processen en systemen van een organisatie optimaliseert, maakt GenAI het mogelijk om routinetaken te automatiseren en werknemers te ondersteunen bij besluitvorming. Dit resulteert in een hybride werkplek waar menselijk inzicht en AI-handelingen hand in hand gaan. Met GenAI krijgen werknemers sneller toegang tot de benodigde data, waardoor ze sneller beslissingen kunnen nemen. Bovendien biedt GenAI werknemers ruimte om zich te richten op strategische taken, terwijl AI de administratieve taken afhandelt.
De maakindustrie blijft te maken hebben met krapte op de arbeidsmarkt, vooral nu een groot aantal ervaren medewerkers de sector verlaat door vergrijzing. GenAI biedt huidige en nieuwe werknemers de kans om nieuwe vaardigheden te ontwikkelen, en zo de kenniskloof waar mogelijk te verkleinen. Tegelijkertijd gaan steeds meer productiesystemen op AI draaien, en moeten bedrijven investeren in trainingen die medewerkers op hierop voorbereiden.
Circulaire productie wordt de nieuwe norm
Fabrikanten zetten in 2025 nog meer in op circulaire economie. Dit betekent dat producten vaker worden ontworpen met het oog op hergebruik en recycling. Circulaire productie is niet alleen bedoeld om afval te minimaliseren, maar ook om te voldoen aan strengere regelgeving, zoals de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD).
Eén technologie die hierbij gaat helpen, zijn de zogenaamde Digital Product Passports (DPP's). Deze digitale documenten bevatten informatie over productmaterialen, herkomst en hoe ze kunnen worden hergebruikt of gerecycled. Zo moeten de DPP’s de recyclingprocessen verbeteren en bijdragen aan het verminderen van grondstofgebruik. De auto-industrie begint vanaf 2027 met het verplicht stellen van DPP's voor batterijen van elektrische voertuigen. Andere sectoren, zoals de textielindustrie, volgen daarna. Dit draagt bij aan een duurzamere productieketen, waar consumenten steeds meer eisen stellen aan de milieuvriendelijkheid van producten.
Steeds meer lokale productie
Wereldwijde Supply chains worden steeds kwetsbaarder, door geopolitieke spanningen en extreme weersomstandigheden. Fabrikanten zien deze ontwikkeling ook: bijna de helft (49%) kiest voor een meer lokaal productiemodel. Deze verschuiving zal in 2025 verder te zien zijn.
Geautomatiseerde productiefaciliteiten in of dichtbij belangrijke markten helpen fabrikanten om transportkosten, emissies en risico’s die samenhangen met lange supply chains te beperken. Om efficiëntie te waarborgen én flexibel in te spelen op de lokale vraag, maken deze lokale faciliteiten vaker gebruik van technologieën zoals additive manufacturing (3D-printen) en robotica.
Een call-to-action voor 2030
Fabrikanten staan in 2025 op een kruispunt: doorpakken of achterblijven. De snelle technologische ontwikkelingen, de druk om te verduurzamen en diverse uitdagingen binnen de industrie vereisen dat fabrikanten prioriteit geven aan digitale transformatie, AI-adoptie en investeringen in de arbeidsmarkt bovenaan de agenda te zetten. Wie nu handelt, plukt straks de vruchten.