Staatssecretaris Szabó: Creëren van volwassen Europese AI-industrie kost tijd
Het kan vijf tot tien jaar duren voordat Europese landen een volwassen AI-industrie hebben opgebouwd, waardoor ze minder afhankelijk zijn van internationale AI-modellen. De afgelopen 25 jaar heeft Europa zich voornamelijk vertrouwd op technologie van buiten Europa, maar er is nu een groeiende bewustwording om eigen technologie te ontwikkelen.

Dit zegt staatssecretaris Zsolt Szabó (Digitalisering) tegen NU.nl. Het kabinet kondigde gisteren aan Nederlandse overheidsorganisaties meer ruimte te geven voor het gebruik van (generatieve) AI. Ambtenaren worden daarbij aangemoedigd gebruik te maken van Europese AI-modellen. Het gebruik van niet-Europese AI-modellen is alleen toegestaan indien hierover goede afspraken worden gemaakt met leveranciers. Dit moet ervoor zorgen dat gevoelige gegevens niet naar andere bedrijven of overheden lekken.
Europese alternatieven nodig
De recente geopolitieke veranderingen, met name de handelsoorlog aangewakkerd door de Amerikaanse president Donald Trump, hebben Europa doen beseffen dat er snel Europese alternatieven moeten komen. Andere EU-landen erkennen ook de noodzaak om minder afhankelijk te zijn van internationale AI-modellen, zoals ChatGPT van het Amerikaanse OpenAI.
De staatssecretaris wil snel resultaten zien voor Europese AI-toepassingen, maar het zal nog jaren duren voordat de EU volledig onafhankelijk kan zijn. Dit besef is breed gedragen, zowel in andere Europese landen als in Brussel. Het kabinet ziet veel kansen om AI breder in te zetten binnen de overheid. Ambtenaren krijgen meer ruimte om AI te gebruiken, bijvoorbeeld om snel antwoorden te vinden in complexe documenten of om het tekort aan ICT-medewerkers op te vangen. De bedoeling is dat AI de ambtenaren praktisch ondersteunt in hun werk, zodat ze efficiënter en effectiever kunnen opereren.